Johan A. den Boer - Neurofilosofie

Johan A. den Boer - Neurofilosofie: hersenen, bewustzijn, vrije wil (2003)

pag. 180
De neurale respons is tijdens bewuste waarneming gedistribueerd over een groot aantal verschillende hersengebieden: occipitaal, temporaal en frontaal.
Teneinde bewustzijn te genereren, is het essentieel dat er een functioneel cluster bestaat met een hoge graad van differentiatie.
De dynamische kern (dynamic core) van altijd veranderende composities, van interactieve corticale gebieden, met een continue hoge graad van integratie en differentiatie.
Bewustzijn treedt op wanneer een corticale lappendeken in een 3-dimensionele ruimte is uitgespreid, waarvan het patroon voortdurend in de tijd verspringt. Bij iedereen is dit in de tijd continu verspringende connectiviteitspatroon verschillend. je kunt dus nooit in anatomische zin aanwijzen waar de dynamische kern bewustzijn genereert.

Dissociatieve identiteitsstoornis: delen van geheugen en persoonlijkheid zijn afgesplitst. Meerdere identiteiten kunnen optreden, alle met een apart bewustzijn en geheugen, zonder dat de verschillende 'personen' dat van elkaar weten. Er zou sprake kunnen zijn van een functionele disconnectie waarbij 2 apart van elkaar bestaande functionele clusters bestaan, ieder met een aparte dynamische kern en dus met een verschillend bewustzijn. Met PET zijn aanwijzingen gevonden voor het bestaan van 2 verschillende hersentoestanden, die correleren met de aanwezigheid van  verschillende pesoonlijheden in 1 persoon.

pag. 193
Neraal darwinisme / Theorie van de neurale groepsselectie (TNGS) - Edelman: de hersenen functioneren als een systeem dat gebaseerd is op selectie

• ontwikkelingsselectie (development selection): genetsiche invloed reguleert de neurale ontwikkeling en de plaats waar neuronenen in de hersenenen gelokaliseerd worden. "Tijdens de foetale ontwikkeling wordt een voor iedereen uniek patroon van neuronen en neurale groepen geformeerd. Een belangrijkee consequentie is dat zelfs identieke tweelingen al bij de geboorte niet dezelfde micorarchitectuur van de hersenen beschikken."
• omgevingsselectie (experiental selection): start na de geboorte

 "De verschillen in verbindingskarakteristieken tussen neurale groepen zijn vooral ontstaan door ineractie met omgevingsstimuli. Juist omdat de verbiningen per individu zo verschillend zijn, betekent dat dat er een andere reactie zal zijn op omgevingsstimuli,zelfs op identieke stimuli."

pag. 194
Neurale groepen zijn  gerangschikt in kaarten (maps). "De neurale groepen in de ene kaart kunnen bijvoorbeeld reageren op de kleur van de visuele stimulus, terwijl neurale groepen in een andere kaart reageren op de richting van een beweging. In aanwezigheid van een bepaalde stimulus zal de reactie van deze verschillende kaarten gecoördineerd door een snelle uitwisseling van signalen tussen deze kaarten en neurale groepen onderling, waardoor een coherent patroon kan ontstaan. Deze coherente respons (waar het gaat over visuele waarneming) noemt Edelman perceptuele categorisatie van de stimulus. Er is dus om te leren categoriseren (en dus te leren dat een stoel een stoel is) een langdurig leerproces nodig, waardoor bepaalde elektrische en biochemische stimuli als het ware in neurale groepen inslijpen. Wanneer er een bepaalde graad van coherentie bereikt is, treedt er blijkbaar een gevoel bij ons op dat het klopt ."

pag. 195
"Bij de waarneming van een stoel ontstaat een continue stroom van informatie (re-entrant signaling) tussen geactiveerde kaarten, waardoor er in de loop van de tijd, door gewijzigde synaptische verbindingen een coherent beeld van een stoel ontstaat."